Connie Palmen: De Vriendschap. Prometheus. 311 pagina's
De Vriendschap is een roman over de vriendschap tussen twee vrouwen. De titel is dus geen verrassing: je zou niet verwachten dat het boek niet over een vriendschap gaat. Eigenlijk is de titel niet bijster origineel en daarom slecht gekozen.
En net zoals de titel is het boek zelf misschien ook wel een beetje saai.
De vriendschap van Kit (Catharina) voor Ara (Barbara) wordt beschreven vanaf het ontstaan tot het einde ervan.
De eerste tien a' twintig pagina's gaan over hoe Kit Ara ontmoet. Ara verschijnt op een dag als nieuwe leerling ineens op het schoolplein. Ze is anders dan de andere leerlingen: ze is groter en knapper en in haar manier van kleden ook verschillend.
Kit besluit onmiddellijk Ara beter te willen leren kennen. En dat gebeurd ook; op pagina 23 is de vriendschap tussen de beide meisjes beklonken.
Over de reden waarom Kit dit zo graag wil wordt niet veel uit de doeken gedaan. De ietwat mysterieuze beschrijving van Ara; trots en met een soevereine nonchalance, gehuld in een dikke zwarte jas wordt niet verder uitvergroot. Kit wil simpelweg niet langer met de andere kinderen spelen. Deze introductie van Ara en Kit is meteen het beste gedeelte van het boek. Palmen weet een geloofwaardige scene neer te zetten: een schoolplein midden jaren 60, ergens in het zuiden van Nederland. Zo wordt je als lezer lekker gemaakt; je koestert nog de verwachting dat er van alles kan gebeuren. Wordt deze verwachting later ingelost, dan weet je dat je met een goed boek te maken hebt. Dit kan zelfs nog op de laatste pagina gebeuren.
Wanneer de schrijver erin slaagt jou mee te voeren naar die laatste pagina, zonder dat er aan geloofwaardigheid wordt ingeboet dan ontstaat er iets moois tussen lezer en schrijver. De hoofdpersonen doen geen onwaarschijnlijke dingen, zaken worden niet afgeraffeld, er zijn geen onsamenhangende passages en de gedachtegangen van de personages zijn zuiver en geloofwaardig. Je kunt het je als lezer allemaal inbeelden; ontroerd raken, misschien een beetje verliefd worden of compleet van slag raken door het verhaal dat je aan het lezen bent. Maar Palmen boet in het 2de hoofdstuk van het 1ste deel al aan geloofwaardigheid in, wanneer ze Kit als 10/11 jarige een als diepzinnig bedoelde gedachtegang laat hebben, over waarom ze obsessies liever kwijt dan rijk is. Met deze passage wil Palmen ongetwijfeld via Kit haar eigen gedachtewereld met ons delen, maar het zijn natuurlijk ideeën die niet passen bij een 10-jarige: ‘Hoe meer verslavingen je hebt, hoe slechter je in staat bent de waarheid over jezelf te erkennen.’ Nee, hiermee heeft Palmen het bij mij als lezer verloren en het wordt er verder niet veel beter op. Kit gaat studeren, ze krijgt minnaars en blijft bevriend met Ara. Maar nu ze psychologie en filosofie studeert begint Kit op een pedante manier allerlei concepten aan de lezer op te dringen. Concepten die misschien indruk maken op een middelbare scholier, maar bij de doorsnee lezer alleen maar lachlust opwekken.
Echt potsierlijk wordt het wanneer Ava in huilen uitbarst en de lezer twee zinnen verderop met Marx en Hegel om de oren wordt geslagen. Kit raakt verslaafd aan de drank en haar avonturen met de fles hebben iets beklagenswaardig, iets zeurderigs; geen moment voel je met haar mee dat ze echt lijdt onder haar verslaving. En zo verliest Kit als hoofdpersoon uiteindelijk haar geloofwaardigheid, daarom is de De Vriendschap geen goed boek. Het is teveel een construct, een roman die een dichotomie tussen twee personen, twee denkwerelden wil uitvergroten om je als lezer een bepaald inzicht mee te geven. En dat gaat uiteindelijk behoorlijk vervelen, want lachen om filosofietjes is na twee pagina's wel leuk geweest.